Schreeuwend tekort aan vrijwilligers bij wijkrestaurant

“Nog maar kort was ik met pensioen gegaan, toen ik een advertentie zag: vrijwilliger gezocht. Ik besloot meteen te reageren en de volgende dag kon ik al beginnen. Er is namelijk een schreeuwend tekort aan vrijwilligers,” zegt Marijke Dekker.

Zoetermeer- De 70-jarige Marijke Dekker begon ruim vijf jaar geleden als vrijwilligster bij het Eetcafé Meerzicht. “Ik had me altijd voorgenomen, dat als ik vrijwilligerswerk ging doen, dat het liefst in de horeca zou zijn. Die wens is uitgekomen. Het is ontzettend leuk werk en heel afwisselend. Bovendien is het een heel leuk team van medewerkers.”
Het Eetcafé Meerzicht is een sociaal wijkrestaurant. Toen onlangs noodgedwongen het eetcafé in het weekend tijdelijk gesloten moest worden, ontstond veel onrust met name bij de oudere bewoners van Meerzicht.”Inmiddels kunnen de mensen elke dag en dus ook weer in het weekend er terecht voor een smakelijke maaltijd voor een vriendelijke prijs,” vertelt chef-kok André Zappeij. “De menu’s wisselen wekelijks van samenstelling en worden dagelijks vers gekookt. De ingrediënten zijn afgestemd op de verschillende seizoenen en met zorg gekozen. Wij houden rekening met speciale dieetwensen.”
De bediening in het restaurant wordt voornamelijk door vrijwilligers gedaan.”Ons team bestaat uit wel 25 vrijwilligers,” vertelt Marijke. “De meeste vrijwilligers komen voor een dagdeel, zodat eigenlijk veel meer vrijwilligers nodig zijn. Het is namelijk in de middag en avond best heel druk. Door het tekort aan vrijwilligers draai ik wekelijks wel 15 tot 20 uur in het restaurant.” De jongste vrijwilliger is 57 jaar en de oudste al 80 jaar. “Laatst werden met mij nog drie vrijwilligers 70 jaar. Dus het geboortejaar 1946 is kennelijk een goed bouwjaar,” veronderstelt Marijke. “Je hebt het natuurlijk niet voor het zeggen, maar ik hoop nog heel lang dit werk te blijven doen. Met name het contact met de mensen vind ik erg leuk. Bezig zijn en af en toe een praatje maken, zorgt ervoor dat het plezierig werken is. Ook mensen observeren, vind ik belangrijk, zodat ik weet of het wel goed met de mensen gaat. Op die manier kan tijdig worden ingegrepen als er extra zorg nodig is.”